Op 7 februari 2024 hielden onze partners Deltares en RWTH Aken een expert-workshop over 'Gezamenlijke voorbereiding op extreme overstromingen in het stroomgebied van de Roer'. Het succesvolle evenement bracht experts en belanghebbenden samen. Tijdens boeiende discussies en inzichtelijke presentaties werden kritieke aspecten van bescherming tegen overstromingen en aanpassing aan klimaatverandering belicht.
Dr.-Ing Gerd Demny van Wasserverband Eifel-Rur (WVER) opende het evenement met een keynote over het functioneren van het riviersysteem van de Roer, waarbij de gevolgen van klimaatverandering en de lessen die zijn getrokken uit de overstromingen van 2021 werden besproken. De sessie ging dieper in op het verbeteren van maatregelen ter bescherming tegen overstromingen, mogelijkheden voor grensoverschrijdend overstromingsbeheer en het uitvoeren van een hydrologische stresstest voor het riviersysteem van de Roer. Uit de discussie bleek dat drie locaties voor retentiebekkens zijn geïdentificeerd en momenteel in het goedkeuringsproces zitten. De twee grotere bekkenszullen naar verwachting in 2028 klaar zijn.
Hierna introduceerde Prof. Dr.-Ing. Holger Schüttrumpf van de RWTH Aachen University het JCAR ATRACE-programma, waarbij hij de toekomstige uitdagingen en kansen voor het stroomgebied van de Roer schetste. Tijdens de plenaire discussie werd besproken hoe JCAR ATRACE de kwantificering van overstromingsmaatregelen kan ondersteunen, en op welke manier aanvullende projecten zoals het vertalen van drempelwaarden tussen landen en de evaluatie van het hoogwater in de winter van 2023/2024, kunnen worden onderzocht.
De dag werd afgesloten met een rondleiding door de Roer-stuwdam, waar de deelnemers gedetailleerde uitleg kregen over het regelsysteem. Deze praktische demonstratie was een hoogtepunt en toonde de technologische vooruitgang en operationele strategieën om waterbronnen effectief te beheren. De grote betrokkenheid en de samenwerkingsgeest tijdens de workshop onderstreepten het belang van gezamenlijke inspanningen om de regionale veerkracht tegen klimaatgerelateerde uitdagingen te vergroten.